De afgelopen maand is voorbij gevlogen. Mijn voornemen om regelmatig in dit nieuwsblog te schrijven kan ik niet altijd waarmaken. Enerzijds omdat ik met twee examens op komst veel vrije tijd aan mijn studie besteed maar ook omdat mijn dagen vaak anders verlopen dan dat ik vooraf had verwacht. Nu ben ik al jaren bezig dit laatste bewust los te laten en blanco een (werk) dag in te gaan maar soms wordt je toch onbewust verrast. Vorige week donderdag begon een werkdag thuis met een sms van een collega; de dagplanning was veranderd. Ik zat ongeveer 10 minuten in de auto toen een tegenligger geen enkele rempoging voor een tortelduif ondernam, vol gas de duif raakte en deze tegen mijn auto aan katapulteerde. Boem – het regende veren. De duif was dood en ik was boos en verdrietig. Drie kwartier later arriveerde ik op het werk en op de parkeerplaats heb ik gekeken of de duif sporen had achtergelaten. Sporen bleek een understatement. Mijn complete lampenunit was kapot; het glas was volledig weg, binnenin waren beide koplampen kapot en alles zat onder de veren. Ik ben niet snel van iets onder de indruk maar ik stond een paar minuten vol verbazing naar de schade aan mijn auto te kijken. De uitdaging van die dag bestond erin de auto gerepareerd te krijgen. ’s Avonds ben ik met een nieuwe ingebouwde lampenunit naar huis gereden. Een paar dagen terug liep ik naar mevrouw van de Breemortel (de pony), om haar te verblijden met een appel. Ook dieren beschikken over communicatietechnieken en de oude, soms knorrige, mevrouw van de Breemortel begon al te hinniken toen ze mij zag. Meestal pakt ze de appel, snuffelt of ik nog meer heb en loopt dan de wei weer in. Deze keer niet, heel lief kwam ze tegen mij aan knuffelen; met haar lichaam liep ze telkens tegen mij aan. Mijn broek zat nog onder de kattenharen en mijn fleecevest nu vol met ponyharen want mevrouw van de Breemortel was in de rui. Weer thuis ben ik de studieboeken ingedoken en na een tijdje had ik het gevoel dat het overal kriebelde. Ik was verdiept in de materie van de dissociatieve en nagebootste stoornissen toen mijn dochter binnenkwam met de mededeling dat er allemaal kriebelbeestjes op mevrouw van de Breemortel zaten. Ik keek naar mijn fleecevest en ontdekte tientallen bewegende beestjes. Wat is het toch geweldig om dieren te hebben! Dat knuffelen was een klein communicatie- c.q. interpretatieverschil tussen mens en dier. Zij had gewoon jeuk en wilde van die kriebelbeestjes af. Achteraf gezien was dit een erg slimme truc van haar want anders had ik die vachtluizen niet zo snel ontdekt. Nu wordt ze nog vaker gekamd om haar van het dikke wintervacht af te helpen en tegen de luizen is ze helemaal gepoederd.
En ik, ik heb een nagebootste jeukstoornis ontwikkeld! En iedereen die het verhaal van mij te horen krijgt ook want bij het woord kriebelbeestjes en/of luizen beginnen mensen zich te krabben. Taal is echt bijzonder!
0 Comments
Toch knap dat wij door te lezen en te spreken gedachten, wensen en informatie aan anderen over kunnen brengen. Taal is een wonderbaarlijk mooi communicatiemiddel waarmee wij onze lichamelijke behoeften aangeven maar ook onze sociale behoeften bevredigen. Aan het uitwisselen van ideeën, ervaringen en gevoelens heeft de mens sterke behoefte. Of we blij, verdrietig, opgewonden of gefrustreerd zijn, we hebben iemand nodig tegen wie we dat kunnen zeggen. Maar, taal is ook een instrument voor denken en leren. Met behulp van taal kunnen wij plannen maken, problemen signaleren, redeneren, alternatieven bedenken, problemen oplossen, fantaseren en voorspellen. Het leren en begrijpen van taal is belangrijk voor een goede sociale, emotionele en intellectuele ontwikkeling. Maar, begrijpen en interpreteren we wel altijd datgene op de correcte manier wat de andere wilde overbrengen? Mijn voorgaande berichten over verwachtingen, twijfels, loslaten etc. hebben ook allemaal met (soms ontbrekende of verkeerd geïnterpreteerde) communicatie te maken. Na bijna twee jaar studeren kom ik erachter dat ik grote moeite heb met het interpreteren van de vraagstelling van meerkeuzevragen en het filteren van het juiste antwoord als er twee antwoorden qua betekenis veel op elkaar lijken. Kleine taalnuances ontdek ik soms pas achteraf. Wil je tegenwoordig in Nederland een Bachelor- of Masterdiploma ontvangen dan moet je de kunst van het interpreteren van taal, naast natuurlijk een ruim kennis-, geheugen- en toepassingsvermogen, goed beheersen. Vraag: Geert heeft een afspraak bij de huisarts en ontmoet onderweg Piet. De huisarts stelt de diagnose griep. Wie heeft er griep? A.) Geert B.) Piet C.) de huisarts Een van de antwoorden is goed maar het gaat er niet meer om, om inzicht in je beredenering naar het antwoord te krijgen. Nee, ergens midden op bladzijde 385 van je boek stond dit als voorbeeld genoemd en we willen weten of je dit onthouden hebt. Mijn kinderen hebben alle 3 moeite met taal; ieder op zijn manier maar de oorzaken liggen in de verwerking/interne communicatie van de hersenen en zintuigen. Mijn oudste (autistische) zoon lispelde en sliste in zijn jonge jaren regelmatig en ofschoon het soms grappig klonk en ik ook regelmatig dacht dat het door de ontbrekende tanden kwam, maakte ik mij zorgen en was ik blij dat hij in groep 3 op taal ‘getest’ werd door de GGD. Ondanks zijn geslis en gelispel werd hij niet doorverwezen naar een logopediste maar kreeg ik als terugkoppeling ‘wat een apart kind’. Wat bleek, mijn zoon was met de logopediste in een discussie terecht gekomen die hij gewonnen heeft. Hij wilde de eerste zin ‘Jantje gaat naar school’ niet nalezen als hij niet wist wie Jantje was. De logopediste gaf aan dat Jantje maar een voorbeeld was en dat daar ook een andere naam had kunnen staan waarop mijn zoon aangaf niet mee te werken als zij hem niet meer informatie over Jantje kon geven. Het woord voorbeeld kende hij toen nog niet en bleef daarom waarschijnlijk haken. Nu terugkijkend is dit wel inherent aan mijn zoon want hij wil altijd meer weten dan de informatie die hij krijgt. Mijn dochter schrijft tijdens een zinnendictee, als de concentratie zich verplaatst van ‘wat hoor ik’ naar ‘welke woorden in welke volgorde’ bijna alles op zoals ze het hoort. Hilarisch om te lezen maar voor haar zeer frustrerend om bijna alles rood gecorrigeerd terug te krijgen. Waarom spreekt een leerkracht het woord verschikkelijk ook uit als ‘verschrikkeluk’? Waarom schrijven wij auto als iedereen oto zegt? Taal, onmisbaar in onze samenleving maar bij vlagen echt onmogeluk!
|
NIEUWSRegelmatig zal dit blog bijgewerkt worden met nieuwsfeiten rondom mijn plannen, opvoeding, gedragstherapieën, coaching, autisme, natuur, burn-out, perfectionisme, talenten, lichaam, geest, voeding, beweging, angsten, persoonlijke kracht, spiegelen, innerlijke rust, balans, stress, blinde vlek, belemmeringen, ontspanning, ervaringen rondom mijn kinderen en nog veel meer....... Archives
February 2019
Categories
All
|